Evenwicht, wat is dat eigenlijk?
Als je valt weet je meestal waarom dat gebeurt: ergens over gestruikeld, omver geduwd of na het springen verkeerd terecht gekomen. Vaak is je evenwicht verliezen van korte duur. Lig je eenmaal op de grond dan is je evenwicht zo weer hersteld. De gevolgen van het vallen zijn voor iedereen anders; lachend weer opstaan, eerst beschaamd om je heen kijken voordat je opstaat, een kapotte knie, verstuikte enkel of zere teen, tot ernstig gevolg waarbij je iets gebroken hebt. Om niet te vallen heb je evenwichtsorganen die je goed in evenwicht kunnen houden. Deze zitten in het binnenoor, vlak naast het gehoororgaan. Hoe werkt dat eigenlijk?
Je hebt twee oren en dus aan beide zijden ook evenwichtsorganen. Het evenwichtsorgaan is een zintuig. Het registreert de bewegingen die het hoofd en lichaam maken. Daarvoor zijn er vijf sensoren: twee statolietorganen en drie halfcirkelvormige kanalen. Links en rechts, dus tien sensoren samen. De statolietorganen zijn gevoelig voor de zwaartekracht. Deze reageren op de stand van het hoofd en de kantelingen van het hoofd. Zij dragen bij aan de hoofdstabilisatie, oftewel de oriëntatie van de ogen ten opzichte van de horizon. En ze zorgen voor een rechtopstaande houding. Daarvoor is er een samenwerking met de nek- en rugspieren. De drie halfcirkelvormige kanalen kunnen elke verandering van een draaibeweging van het hoofd en lichaam waarnemen. Dat gebeurt bij het voor- en achterover buigen of rollen, zijwaarts bewegen, achterom kijken en ronddraaien om je as.
In evenwicht blijven, een heel proces
De evenwichtsorganen registeren al die bewegingen en sturen die informatie door naar de hersenen. Voor een gevoel van evenwicht verwerken de hersenen ook informatie van andere zintuigen, zoals het gehoor, het zien, informatie uit spieren en gewrichten en het tastgevoel. Als de samenwerking tussen de zintuigen goed verloopt, reageert het lichaam precies zoals nodig is. Je verandert je houding en beweging zodat het evenwicht zich ‘herstelt’. Je komt rechtop of je stapt opzij, je pakt iets vast of laat juist iets vallen om zelf niet te vallen. Je zet je schrap of beweegt mee. Je gaat zitten of rent weg. Je zorgt voor je eigen veiligheid. Het bijzondere aan de evenwichtsorganen is dat ze de kleinste veranderingen registeren en ze dat supersnel doen. Daarnaast hebben nog meer taken. Ze spelen een rol in de hartslagfrequentie, de bloeddrukregulatie, de ademhaling en het waak-slaapritme. Er is niet één plekje in de hersenen voor het evenwicht. Er is een heel evenwichtssysteem dat je in balans houdt.
Relevante links
Publicatiedatum: 18 september 2019